Terug naar overzicht

Imagine

Imagine

8/03/2006 - De leraar leert het meest van zijn leerlingen

Tekst: Jan Bongers.
Gepubliceerd in maart in Imagine.

Geert Kimpen (40), succesvol theatermaker, had al zijn hele leven een grote droom: een boek schrijven. Hij had weliswaar samen met zijn vrouw Christine een Liefdesdagboek geschreven, waarin beiden op openhartige wijze hun liefdesleven beschreven, maar de eigenlijke droom van Geert was om een roman te schrijven. Twee jaar geleden bood het leven hem opeens die kans.
"Ik was op spiritueel gebied een zoeker. Naast mijn theaterwerk heb ik jarenlang overal geshopt. Ik ging voor het tijdschrift Koörddanser naar lezingen, cursussen en workshops en schreef daar verhalen over. Maar de antwoorden die ik daar vond, bevredigden me nooit helemaal. Toen besloot ik een weddenschap met God af te sluiten. Ik zei: "Ik wil u nu echt leren kennen. Als u mij antwoord geeft, zal ik daar een boek over schrijven." Geert had het nog niet gezegd of hij kreeg een e-mailtje van een kabbalaleraar in Amsterdam. Dit was het teken waar hij om gevraagd had!
De leraar bleek een oude Russische professor te zijn, die elke week aan een klein groepje mensen lessen gaf over de kabbala, de mystieke, esoterische kant van het jodendom. Voor Geert was het thuiskomen, en hij meldde zich - als enige niet-jood - als leerling aan. De cursus zette hem in vuur en vlam. Weliswaar vergde elke les het uiterste van zijn concentratie, en regelmatig doezelde hij bijna in slaap, maar volgens de rabbi was dat ook de beste staat van bewustzijn om de geheime kennis van de kabbala te ontvangen: ontspannen en met een sluimerend bewustzijn. Na afloop van de les werd er niet nagepraat en vertrok iedereen snel in het nachtelijke Amsterdam. Geert was na elke les bekaf, maar vreemd genoeg gebeurde er na een half uurtje altijd iets merkwaardigs. "Er was dan een soort kernexplosie in mijn hoofd, een orkaan van energie en passie, en thuis moest ik alles spuien aan Christine, en zat ik urenlang in geuren en kleuren te praten over wat ik allemaal geleerd had."
Kabbala betekent letterlijk 'ontvangen'. Hoe meer we geven, hoe meer we ontvangen van het heelal. Het stokpaardje van zijn rabbi was Itschak Luria, die de Ari (de Leeuw) werd genoemd. Luria, een van de grootste kabbalisten aller tijden, leefde eerst in Egypte, waar hij op een eilandje in de Nijl dag en nacht de kabbala bestudeerde. Rond 1570 ontmoette hij een oude man die hem de opdracht gaf naar Tsfat, een klein bergstadje in het noorden van Galilea, te gaan om zijn kennis door te geven aan Chaim Vital, een 25-jarige ambitieuze kabbalastudent.
Tsfat was destijds het wereldcentrum van het jodendom en van de kabbala. Er woonden kabbalisten die gevlucht waren uit alle streken van Europa waar joden vervolgd werden, vooral uit Spanje. Luria, de Leeuw, was de eerste die de kabbala praktisch toepasbaar maakte in het leven van alledag. Zelf schreef hij bijna niets, omdat zijn pen de razendsnelle stroom van zijn gedachten nooit zou kunnen bijhouden. Daarom vroeg hij Chaim Vital om zijn geheime leer op een voor iedereen toegankelijke manier in een boek aan het papier toe te vertrouwen. Chaim werd dus de schrijver van Luria. Tot op de dag van vandaag vormen de ideeën van Luria de basis en inspiratie van de kabbala.

Nadat Geert de cursus een half jaar gevolgd had, gebeurde er iets bijzonders. Tijdens een les over Itschak Luria liet de professor zich ontvallen: "Er zit hier iemand in de klas die als hij zou willen op een prachtige wijze het verhaal van Chaim zou kunnen schrijven. Het zou uitzonderlijk mooi en belangrijk kunnen zijn. Ik kan niet schrijven maar als hij het zou willen doen." De professor voorspelde dat het boek de wereld zou veroveren en dat er ook een film volgen.
Net zoals Itschak Luria dus een schrijver (Chaim) zocht om zijn wijsheid te verwoorden, zo zocht de professor in Amsterdam een schrijver die op zijn beurt een boek over Luria zou gaan maken. Toen Geert dit hoorde, vroeg hij na de les of de leraar hem soms bedoelde. De leraar gaf geen antwoord maar glimlachte mysterieus.

Geert had het goed aangevoeld. Toen hij die avond thuiskwam, was er al een e-mail van de professor met allerlei verhalen over Chaim en Luria, die als bron voor het verhaal konden dienen. "Ik was verkocht", zegt Geert. "Dit verhaal wilde ik schrijven. Dacht ik eerst aan een lang artikel, al snel kreeg het de vorm van een roman. Ik werkte koortsachtig. Elk vrij moment. Het werd een obsessie. Al mijn andere werk leek in het niets te vallen vergeleken met dit project. Ik moest dit schrijven. Ik voelde me Chaim. Eind augustus was de eerste versie van mijn boek klaar, en nu had ik nog maar één verlangen, zo snel mogelijk naar Tsfat gaan, de plaats waar mijn verhaal zich afspeelde om daar research te doen. De volgende dag al zat ik op het vliegtuig naar Tel Aviv. Ik kon niet langer wachten" In Tsfat dompelden Geert, zijn vrouw Christine en hun dochtertje Zonneke zich enkele weken onder in de sfeer en het leven van kabbalisten.
"Een plaats die ik herhaaldelijk bezoek in Tsfat is de Mikveh van Ari, het ritueel bad. Het is een kleine waterput met ijskoud bronwater uit de bergen waar de Ari dagelijks naar toe kwam. Ook nu nog is het de hele dag en nacht een komen en gaan van mannen om hetzelfde bad te nemen. Vlakbij het bad is een kleedruimte waar ik me samen met de vaak orthodox uitgeruste Joden uitkleed. Onder hun prachtige zwarte kleding dragen ze vaak grauwe versleten onderkleding. Terwijl ik naakt mijn beurt afwacht, zegt een jood dat ik ook mijn trouwring af moet doen. Een voor een gaan we in de ijskoude waterput. Het is de bedoeling dat je zeven maal helemaal onder gaat met je kruin onder de waterspiegel. Het bad reinigt je van alle kwade invloeden en vervult je wensen."

Toen Geert terug kwam in Amsterdam, lag er een pakketje bij de post. "Het bleek mijn boek te zijn, gedrukt in een oplage van 5.000 exemplaren, met als auteur... de naam van mijn kabbalaleraar! Terwijl ik het boek had geschreven, deed hij het voorkomen alsof het zijn boek was. Hij heeft een uitgeverij van kabbalaboeken en hij had het onder zijn eigen naam uitgegeven."

Imagine

De wereld van Geert stortte in. Wat was hier in vredesnaam aan de hand? Hoe kon zijn leraar, die hij zo hoog achtte en die hem zozeer in vuur en vlam had gezet tijdens de kabbalacursus, zo gemeen zijn? Geert begreep er niets meer van. Zijn hoofd tolde.
"Ik heb hem gebeld en gevraagd waarom hij dit had gedaan. Het antwoord was dat ik alleen maar de hand was waarmee hij het boek had geschreven. En, zo zei hij, een basisprincipe voor een kabbalist is het plezier van het geven. Ik bied jou op deze manier de kans om een ultieme spirituele les te leren: geven zonder er iets voor terug te verlangen."
Alles goed en wel, maar dit was wel erg verwarrend. "Eindelijk was mijn grote droom uitgekomen, hier lag het boek dat ik altijd al had willen schrijven, en waar ik alles voor opzij had gezet, en waarvoor ik met mijn theaterwerk was gestopt, en nu werd ik opeens gedwongen om me af te vragen of ik dit misschien toch uit egoïstische motieven had gedaan. Mijn leraar was inderdaad de inspirator voor het boek. Maar ik heb het wel degelijk echt zélf geschreven."
Het werd een nachtmerrie. "Ik voelde dat alle grond onder mijn voeten werd weggeslagen." Geert besloot na veel innerlijke strijd een advocaat in de arm te nemen die voorbereidingen trof om een kort geding tegen de kabbalaleraar aan te spannen. Het was nodig, maar het deed Geert evengoed pijn. Hij zou er nachten nauwelijks van slapen. "Want dit betekende dat ik moest vechten met mijn eigen leraar."
Geert besefte dat het niet 'zomaar' gebeurde. "De kosmos was mij iets aan het leren, maar wat precies? Want wat hier gebeurde, kon je wel op zes verschillende manieren interpreteren."
Twee uur voordat het kort geding zou plaatsvinden, belde de advocaat van Ben Pesach om te zeggen: "Hij is tot het inzicht gekomen dat het niét zijn boek is. Hij zal alle exemplaren laten vernietigen."
Geert: "Ik had gewonnen, maar tegelijkertijd ook verloren. Want ik vroeg me af: Is dit nu de kabbala waar ik zo graag over wil vertellen?" Uiteindelijk loste hij het dilemma op door de boodschapper los te koppelen van de boodschap. Wat hem daarbij heeft geholpen is het besef dat de lessen die een leraar aan zijn leerlingen geeft vaak juist datgene zijn wat die leraar zélf moet leren. Een wijs mens zei ooit: "De leraar leert het meest van zijn leerlingen." "Ik ben er van overtuigd dat dit voor veel spirituele leraren geldt", zegt Geert. "Naar mijn gevoel zijn er maar heel weinig leraren die de walk en de talk echt met elkaar in overeenstemming brengen, die echt in hun dagelijkse leven toepassen wat ze aan anderen leren. Een van de weinigen die dat volgens mij wél doet is de Braziliaanse schrijver Paulo Coelho, die ik een paar jaar geleden heb geïnterviewd in Lissabon.
Ondanks de juridische strijd met zijn kabbalaleraar heeft Geert er nooit aan gedacht om zijn droom op te geven en terug te gaan naar zijn oude werk als theaterman. "Ik kan het niet opbrengen om de schoonheid van de kabbala te verloochenen. De kabbala is een ingewikkelde, hermetische filosofie die ik in dit boek begrijpelijk en eenvoudig heb proberen te maken, teruggebracht naar de dagelijkse praktijk."
Het boek van Geert, dat eind maart (met zijn naam als auteur) bij de Arbeiderspers verschijnt, is het levensverhaal van Chaim Vital, de kabbalist die in de zestiende eeuw de wijsheid van Itschak Luria te boek heeft gesteld. "Ik heb een aantal historische verhalen als uitgangspunt genomen en die bewerkt tot een spannende plotlijn", zegt Kimpen.
Tijdens het schrijven voelde hij zich Chaim, was hij in feite Chaim. Misschien had de aanvaring van Geert met zijn kabbalaleraar ook wel iets te maken met die grote identificatie, want Geert maakte hetzelfde mee als wat Chaim ruim 500 jaar geleden was overkomen. Toen Chaim het boek over Itschak Luria klaar had, besloot Luria het namelijk te laten drukken met zijn eigen naam als auteur, in plaats van Chaim's naam...

"Met Chaim is dus hetzelfde gebeurd als met mij. Precies datgene waar ik over geschreven had is mij zelf overkomen! Het is van een kosmische schoonheid die tegelijk afgrijselijk is." Het enige verschil is dat de Amsterdamse kabbalaleraar, onder dreiging van een kort geding, op het laatste moment besloot om Geert gelijk te geven. En zo kan De Kabbalist eind maart dan toch bij de Arbeiderspers verschijnen, met de naam van Geert Kimpen als auteur, zoals het hoort.

Toch is de lucht nog niet helemaal geklaard. "Er blijft een soort onbestemd gevoel hangen ten opzichte van mijn leraar", zegt Geert met een diepe zucht. "Ik heb wel eens geprobeerd er met hem over te praten, maar tot nu toe houdt hij het contact af. Ik zou dolgraag met hem het café ingaan en zeggen: Laten we nou eens samen dronken worden!" Maar wie weet, gebeurt dat straks wel tijdens de officiële presentatie van het boek.

De Kabbalist, door Geert Kimpen, verschijnt eind maart bij de Arbeiderspers.

www.spirituelekrant.nl

TOP

 

Delen: