25/11/2012
|
||
14/09/2012
|
Geert Kimpen (1965) schreef na zijn internationale bestseller De Kabbalist, een tweede succesroman De geheime Newton. Met Rachel, of het mysterie van de liefde, bestendigt Kimpen zijn schrijverschap. www.geertkimpen.com |
Tijdens deze uitzending zullen Lea Manders ( www.mensenspirit.nl), Douwe Beerda (www.visionair.nl) en Daniel Zavrel (www.beinginbusiness.com) de vaste forumgasten zijn.
Tijdens deze uitzending kunnen luisteraars live meepraten en -discussieren.
(Vervolg van de column, op onze nieuwsbrief...)
Maar toch dreigde er nog een kink in de kabel te komen.
Toen we zondagmiddag klaar stonden om naar België te gaan, had Zonneke het Hondenparadijs nog niet gelezen. Ik besloot streng te zijn. Christine had namelijk als voorlichting op het leven met een hond voorgelezen, dat het voor een hond is alsof hij in een roedel terecht komt, wanneer hij bij een familie komt wonen, en dat hij daarin zijn plaats moet kennen. Dat het voor een hondje belangrijk is te weten wie de Alpha hond is, de leider van de roedel. Trots benoemde ik mezelf tot Alpha hond, en de Alpha hond sprak; "Eerst Suske en Wiske lezen, en vertellen wat je er van geleerd hebt."
Bezeten verslond Zonneke Het Hondenparadijs en toen ze op pagina 36 was, riep ze, "Papa, papa, ik weet het al wat de les is van deze Suske en Wiske."
"Ja," vroeg ik.
"Hondjes kunnen wel dromen van een paradijs, tot ze ontdekken dat het echte paradijs de roedel is waar ze toe behoren," zei ze een beetje onzeker.
De Alpha hond in mij kon niet anders dan het kleine meisje goedkeurend toe te lachen. En zo komt het dat sinds gisteren onze roedel is uitgebreid met een nieuw meisje. "Londen" heet ze. Daar is flink wat gepraat aan vooraf gaan. Maar met een nieuwe powerpointpresentatie wist Zonneke al onze namen van de kaart te vegen en ons te overtuigen van haar naam. "Hadden we geen prachtige reis met zijn drietjes naar Londen gemaakt? Hadden we daar niet in de voetsporen van Newton gelopen? Was een stadsnaam die zo bij onze familie hoorde, niet de allermooiste naam voor een nieuw lid van de familie?"
De Alpha hond had deemoedig geknikt. Het was niet eenvoudig de Alpha te zijn van een roedel meisjes die zijn gevoelige plekken zo goed wisten te bespelen. Welkom Londen. Welkom in de roedel.
Geert Kimpen.
Wilt u ook onze Nieuwsbrief ontvangen? Stuur een mailtje met simpelweg "Nieuwsbrief" naar susanbrown@geertkimpen.com en we sturen hem u toe.
We staan op het balkon.
Door Geert Kimpen.
Die Griekse vrouw op het balkon. Herinner je haar nog? Met de handen geklemd aan een balustrade, ergens hoog op een troosteloos flatgebouw. Ze was net ontslagen. Samen met haar man zag ze geen uitweg meer. Ze had het al niet breed, maar hoe moest ze nu al die rekeningen betalen, haar huur, haar kinderen voeden? Haar man kwam snel tot bezinning. Maar op haar hebben ze meer dan vijf uur moeten inpraten. Toen koos ze toch weer voor haar uitzichtloze leven. Geen krant vertelt ons hoe het nu met haar gaat. Ongetwijfeld heeft ze nog steeds geen baan, en ligt ze 's nachts met hartkloppingen wakker hoe ze verder moet. Overmand door schaamte dat ze vijf uur lang de tv camera's van de hele wereld op zich gericht had, en nu weer anoniem verder moet. In een lawine van slecht nieuws dat over haar land heen dondert.
Top na top persen we de Grieken verder uit. We beladen ze met alle zonden van de wereld. Ze zijn onbetrouwbaar, komen hun afspraken niet na, zijn corrupt, en leugenachtig. We eisen nog meer besparingen, nog meer inspanningen, nog meer bezuinigingen, nog meer massa ontslagen. Ze zullen ons niet belazeren. Ze zullen zweten en zwoegen, willen ze aanspraak kunnen maken op onze zuurverdiende miljarden. We zijn toch niet gek. En zo trommelen we als bavianen met stropdas wild op onze borst, om dan na weer een nachtlang vergaderen, 130 miljard over te maken.
We kijken niet meer op van die bedragen. 130 miljard natuurlijk. Het zegt ons niets. Het is niet te vatten. Je zou denken, nou, met zo'n bedrag, moet zo'n land er toch bovenop komen. En moet er toch weer een nieuwe baan te vinden zijn voor die Griekse vrouw op het balkon.
Maar niets is minder waar. Die 130 miljard wordt niet gebruikt om te investeren. Om projecten op te zetten. Om mensen aan het werk te helpen. Nee, die 130 miljard wordt gebruikt om in de bodemloze put van de staatsschuld te gooien. Zodat die op papier tenminste weer wat fraaier oogt. Want het belangrijkste is dat onze heren en dames bankiers tevreden zijn. Zij zijn de enigen die profiteren van die megabedragen. Malafide wereldondernemingen die malafide financiële producten verkocht hebben, waardoor de hele wereld aan de afgrond staat.
Zo maken we op een beschaafde manier van de Grieken onze nieuwe lijfeigenen. Tot in lengte van dagen zullen ze gedoemd zijn te werken om de alsmaar groeiende schuld af te betalen.
Met hetzelfde gemak, pakken we dit volk dat ooit de democratie uitvond, ook hun democratie af. We zetten in plaats van een verkozen leider, een bankdirecteur aan het hoofd, zonder inspraak. Zo weten we tenminste zeker dat ze vooral de belangen van de banken zullen dienen. Om president te worden moet je in het moderne Europa niet langer verkozen worden, nee je moet op je cv hebben staan dat je gewerkt hebt bij Goldman Sachs, de bank der banken. En we eisen nu al, dat zelfs als er verkiezingen komen in Griekenland, de volgende leider van het land, gedwongen zal zijn de onhaalbare afspraken die de huidige bankdirecteur/president maakt, ook te handhaven. Leve de democratie.
Maar ze krijgen er natuurlijk ook wat voor terug. Namelijk dat fantastische lidmaatschap van de Europese Gemeenschap. Het mogen gebruiken van de Euro. Wie wil dat niet? Die zo prachtige club waar iedereen toch bij wilt horen. Die ons welvaart en succes brengt. Die volkeren verbindt. De enige manier waarop we het redden in de wereld. Een verbintenis die voor vrede en solidariteit zorgt.
Zo solidair dat de Griekse consumentenbond opgeroepen heeft, geen Nederlandse producten meer te kopen. Kan je het ze kwalijk nemen? Zou jij nog Goudse kaas willen eten wanneer Nederland jouw land gijzelde en naar de afgrond bracht.
En kijk eens hoe solidair wij zijn. Als we werkelijk één gemeenschap waren, waarom komen we dan niet massaal de straat op, om het op te nemen voor die Grieken? Omdat we niet willen dat onze leiders zulke criminele pakten sluiten, die een hele bevolking tot slavernij veroordeelt?
Waarschijnlijk worden we pas een beetje wakker, wanneer onze vlotte wonderboys uit Den Haag zich binnenkort weer terugtrekken op een of ander luxe kasteeltje waar ze met elkaar een robbertje gaan vechten over de 15 miljard bezuinigingen die ze ook ons op gaan leggen. Zo ongeveer het bedrag dat onze bijdrage is aan het noodlijdende Griekse volk. Want die15 miljard zal pijn doen. En die zal ook ons doen ontwaken uit onze roze droom, dat het lijkt of de crisis over is.
En dan plots zullen we op het avondnieuws een vrouw in Heerlen zien. Of in Leeuwarden. Of in Gouda. Zo'n wanhopige vrouw op haar balkon van een troosteloze flat. Zo'n vrouw die net gehoord heeft dat ze haar baan kwijt is. En een paar uur lang zal ze de journaals halen.
Maar de volgende dag zullen de camera's al weer gericht zijn op onze leiders die in een nieuwe top ontdekken dat al die miljarden in Griekenland toch weer niet geholpen hebben. En dat het nu echt de laatste keer is geweest.
En de bankiers heffen het glas. Laat ze het maar uitvechten, denken ze, terwijl ze weer nieuwe financiële producten bedenken waardoor ze nog meer mensen, landen en continenten in de fatale afgrond storten.
Eigenlijk kunnen we alleen maar hopen dat de nieuwe bezuinigingen ontzettend veel pijn zullen doen, zodat we eindelijk in actie komen. En wanneer onze minister president dan eindelijk eens een lang interview geeft, zullen we hopelijk een betere vraag voor hem kunnen bedenken dan: "Wil je met me trouwen", zoals onze kritische studenten deden in de Nova College Tour.
Want we staan al lang met zijn allen op het balkon van onze flat, alleen weten we het nog niet.
Geert Kimpen.
Beste leiders,
Doe het nu niet. Nog een top. Opnieuw dat drukke, nerveuze overleg om Europa te redden. Nog eens proberen een eensgezinde verklaring uit te geven dat u er helemaal uit bent, om na enkele dagen weer te merken, dat uw maatregelen weer niet afdoende waren.
U bedoelt het goed. U gelooft er ook werkelijk in dat het noodzakelijk is de Euro overeind te houden. U bent er werkelijk van overtuigd dat dit werelddeel in elkaar stort wanneer we geen Euro hebben. U denkt echt dat als we allemaal maar voldoende bezuinigen om die biljoenen bij elkaar te brengen, om alle gaten te dichten, het uiteindelijk weer beter zal gaan.
Maar... wij geloven u niet meer, beste leiders. En belangrijker nog; wij willen het niet meer. U bent iets voor ons aan het redden, waarvan wij niet willen dat het gered wordt.
Misschien zijn we ondankbaar in uw ogen. We zien heus wel hoe wanhopig u uw best doet. U reist van land naar land voor druk overleg met uw collega leiders. U onderhandelt, u wikt en weegt, u slaapt nog nauwelijks. Dat zien we heus wel. Maar u vecht voor iets wat wij, die u gekozen hebben, niet willen.
We begrijpen ook wel dat u geen tijd heeft om naar ons te luisteren. U ziet die kleurige iglotentjes niet van die idealisten op beurspleinen. U ziet de wanhoop niet van die miljoenen mensen die iedere avond weer op het nieuws horen dat er nieuwe bezuinigingen nodig zijn om Europa te redden. U ziet niet hoeveel mensen 's nachts wakker liggen met zorgen over dit jaar dat komen gaat. U ziet en hoort alleen uw eigen doorgedraaide mantra; de Euro moet gered worden. Als een neurotische dwanggedachte. Wellicht ziet u zichzelf als een held die geschiedenis aan het schrijven is. Iemand over wie kinderen later op school zullen leren dat het aan hem te danken was dat de Euro nog bestaat.
Word toch wakker, beste leiders. U vecht voor een ideaal van de elite dat niet langer gedragen wordt door uw achterban. Het is allemaal niet zo moeilijk en ingewikkeld. Als u nu maar even tot rust wilt komen. Even wilt luisteren naar wat wij willen. Zoveel is dat namelijk niet.
Wij willen eerlijke en kleine banken. Banken waar ons geld veilig is en niet gebruikt wordt om krankzinnige beleggingen mee te doen. Banken die net als wijzelf niet meer uitgeven dan ze hebben. Banken die ons eerlijk adviseren en geen rente meer rekenen. Banken die gewoon doen waarvoor ze uitgevonden zijn; het geld dat we niet nodig hebben, bewaren, en ons verantwoord geld lenen wanneer we het nodig hebben. Niet meer en niet minder. En dan liefst met een filiaal in ons eigen dorp, met een bankdirecteur die ons kent, en die wij kennen. U weet wel, net zoals vroeger, zo'n leuke, empatische man of vrouw die samen met ons oud wordt.
We willen een eerlijke munt. Zo'n munt waarvan je weet wat die waard is. Een munt waarin we geloven omdat hij gebaseerd is op onze arbeid. Niet een munt die zomaar in elkaar kan storten, omdat er zich 1000 kilometer verderop een ramp voltrekt. Want dat begrijpen we niet meer. En dat willen we niet meer. En of u hem nu Euro noemt, of Gulden, Neuro of Zeuro, dat maakt ons persoonlijk niet zoveel uit. Gewoon, een oerdegelijke munt, zonder gelazer. En nee, we vinden het niet erg wanneer we aan de grens weer moeten wisselen, dat vonden we charmant, al dat gereken, en het was ook prettig dat in dat andere land alles zo goedkoop leek, dat we het er eens goed van namen, en op die manier de economie van die buitenlanden ondersteunden.
We willen ook werken. Graag. Maar dan liefst niet in een bedrijf waarvan de directie en de aandeelhouders in een ander land zitten. We vinden het prettig te weten voor wie we werken. En dat we geen anoniem aantal zijn waarvan er in barre tijden x overtollig zijn en afgevoerd worden. Het liefst hebben we eigenlijk helemaal geen aandeelhouders meer van onze bedrijven. We willen gewoon gezonde bedrijven die doen waar ze goed in zijn, en die niet door de waan van de dag opeens de helft van hun waarde kunnen verliezen op de beurs. Dat snappen we namelijk niet. We willen gewoon dat de winst van onze arbeid in ons bedrijf geïnvesteerd wordt, en niet in dividend voor de aandeelhouders van ons bedrijf. Eigenlijk heel normaal en logisch. En liefst willen we ook voor duurzame bedrijven werken. Bedrijven die begrijpen dat we vooralsnog slechts één aarde hebben, en dat we die graag zo schoon mogelijk willen overdragen aan onze kinderen en kleinkinderen.
We willen ook graag belastingen betalen. Ieder naar eigen vermogen. We begrijpen dat ons dat veel voordeel oplevert. Daardoor kunnen we onze kinderen gratis naar school laten gaan, hebben we goede wegen waarover we kunnen rijden, worden we geholpen als we ziek zijn, en krijgen we steun als het leven iets minder fortuinlijk voor ons is. Voor al die zaken betalen we graag belastingen, als u het maar goed regelt en organiseert. En liefst natuurlijk op zo'n eerlijk mogelijke manier. Zo gek is onze vraag toch niet dat we het normaal vinden dat de rijkeren iets meer, en de armeren iets minder betalen? Maar we willen geen belastingen betalen voor enorme noodfondsen. Voor enorme Europese instituten waarvan u ons voortdurend bezweert dat ze ons zoveel voordeel opleveren, maar waarvan wij alleen maar merken dat wij moeten bezuinigen om ze in stand te houden. Nee, we willen niet dat u banken overneemt die misdadige zaken hebben gedaan. We willen niet dat u landen redt waarvan de corrupte leiders het geld over de bank hebben gesmeten. We geloven niet in dat geldverslindende project Europa van u. U heeft het geprobeerd, wij zijn er lang in mee gegaan, maar nu is het spelletje over. We willen dat Europa van u niet meer. Dat wilt niet zeggen dat we onze ogen willen sluiten voor onze buren. Maar we willen niet verantwoordelijk zijn voor de schulden van onze buren. Dat willen we in onze eigen straat toch ook niet? Als onze buur failliet gaat, dan willen we hem wel eens op het eten vragen om zijn verhaal te vertellen, maar we gaan toch niet zijn schuld af betalen? Dat begrijpen wij niet, beste leiders, en dat willen wij niet.
Tenslotte, beste leiders, willen we graag een rechtvaardige wereld. Een wereld die we weer begrijpen. Een wereld waarin iedereen te eten heeft, iedereen gezondheidszorg heeft, en alle kinderen naar school kunnen. Een wereld waarin iedereen een fatsoenlijk leven kan leiden. Maar in een wereld waarin het mogelijk is dat door hebzucht sommigen miljarden kunnen verdienen door te speculeren op schaarste, is niet rechtvaardig. Dat soort praktijken willen we niet meer. We willen dat dit als misdaad tegen de menselijkheid wordt gezien. We hebben niets tegen mensen die op een eerlijke manier hun brood verdienen, welvaart opbouwen, en daardoor meer welvaart in de wereld brengen. Maar we willen geen speculanten meer. Geen beurzen. Geen beleggers. Geen aandeelhouders. We willen niet langer digitaal geld. We willen het namelijk simpwelweg weer begrijpen. En we willen dat die mensen die zich met dat digitale geld verrijkt hebben, nu niet alleen zelf hun schulden afbetalen, maar ook bestraft worden omwille van hun praktijken. Ze hoeven niet de gevangenis in, want dat kost ons alleen maar geld. Nee, de bestraffing dient levenslange dwangarbeid te zijn om al hun onrecht weer goed te maken. Ze waren zo goed en slim om van niets een fortuin te maken, dat ze nu hun slimheid inzetten, om op een verantwoorde manier hun systeem geheel te ontmantelen, en wat er overblijft te verdelen in de wereld. Dan zijn wij zelfs graag bereid om hun te vergeven.
Beste leiders, durf nu te kiezen voor radicale veranderingen. Durf uw oude overtuigingen op te geven, en de wereld werkelijk te veranderen. Dan zult u werkelijk in de geschiedenisboekjes terecht te komen. Want anders zullen wij het zijn. Het volk. Het volk dat het niet meer begrijpt en het niet meer wilt. En dan zullen wij massaal de straat opgaan. En uiteindelijk zult u verjaagd worden. U kijkt toch ook naar het nieuws? De dag dat we het niet meer beleefd vragen, is niet meer zo ver weg. En al zet u het leger in, eenmaal dat wij het echt niet meer willen, zult u ons niet van het plein kunnen verjagen. Maar dan zullen wij net zo lang blijven zitten, tot u weg gaat.
Dankuwel beste leiders, dat u even de tijd nam om niet alleen naar elkaar, maar om voor een keer naar ons te luisteren.
Geert Kimpen.
www.geertkimpen.com
Deze brief, mag mits naamsvermelding, overal gekopieerd worden.
Wij zijn de 20 %.
Door Geert Kimpen.
Ik was erbij zaterdag 15 oktober. Bij de start van Occupy Amsterdam op het Beursplein. Het moet sinds de antikernwapendemonstraties geleden zijn, dat ik nog ergens de straat voor op kwam. Of ik dit later trots aan mijn kleinkinderen zal kunnen vertellen, weet ik niet. Ondanks het enorme plichtsgevoel erbij te moeten zijn enerzijds, en de onvoorwaardelijke sympathie voor dit niet te grijpen iniatief anderzijds, keerde ik toch met onbestemde gevoelens weer naar huis.
We waren met 1400, zo zeggen de officiële cijfers. Tenminste in Amsterdam. Want naar verluidt waren er op datzelfde moment in 700 andere steden in de wereld gelijkaardige bijeenkomsten.
Toen ik mijn rondje op het Beursplein liep, voelde ik me blij en opgetogen. In de mensen die ik er zag, herkende ik mezelf. Mensen, jong en oud, alternatief en keurig, met als gemeenschappelijke noemer dat ze allen bezorgd waren over de economische situatie en niet passief aan de kant wilden blijven zitten. Verfrissend was het dat er geen officiële woordvoerder van de beweging was, maar iedereen die dat wilde spreektijd kreeg voor de microfoon. Leuke, verrassende, positieve en gekke stemmen. Mensen die nagedacht hadden, en even hardop hun visie en ideeën konden delen.
Er werden ook standpunten verkondigd waar ik het niet mee eens was. Zoals een spreker die vond dat we alle geld moesten afschaffen en over moesten stappen op ruilhandel. Of een andere die verklaarde dat we moesten stoppen met onze rekeningen te betalen. Een derde had een soort systeem bedacht om de aanmaningen van incassobureaus straffeloos te negeren.
Een zeepkistje waarop iedereen zijn zegje mag doen, is natuurlijk net zowel de kracht als de zwakte van de Occupy-beweging. Er zijn geen grote standpunten of eisen die breed gedeeld worden. Het is vooral een onderbuikbeweging. Allemaal mensen zoals ik, die voelen dat het niet meer klopt en dat het economische systeem op instorten staat. Dat het tijd is voor verandering, en dat die verandering enorme kansen biedt voor een radicaal nieuw systeem gebaseerd op rechtvaardigheid. Verontwaardigde mensen omdat zij de rekening moeten betalen van landen en banken die jarenlang corrupt gehandeld hebben. Mensen die niet kunnen geloven dat het waar is, wat onze politici als een mantra beweren, dat als we geen miljarden storten in hopeloze ondernemingen, de rampspoed nog erger zal zijn. Mensen met kinderen die niet willen dat hun nageslacht een leven lang de schuld zal moeten dragen, van verkeerde beslissingen die vandaag worden genomen.
Nu is het frustrerende dat dit onderbuikgevoel door maar één politieke partij vertolkt wordt in Nederland, namelijk die van Geert Wilders. Zowel rechts als links waren het unaniem eens dat er opnieuw miljarden moeten gestort worden in een Europees Noodfonds. Er is maar één die daar klaar en duidelijk ‘nee' tegen zegt. Een man met vele verwerpelijke uitspraken en opvattingen. Wanneer de Occupy beweging niet met heldere standpunten en argumenten komt, ben ik bezorgd dat Wilders het onderbuikgevoel zal weten te kapen, met hele andere argumenten.
De bezetting van het Beursplein heeft een mooie symboolfunctie. Al die kleurige iglotentjes voor die statige beurs, de borden met slogans, zijn belangrijk om mensen aan het denken te zetten. Maar er zal meer nodig zijn. We moeten ons onderbuikgevoel nu vertalen in gezond verstand. In goede, frisse ideeën. In moed om te durven veranderen. Want het probleem is dat Occupy nu nauwelijks nieuwe ideeën verspreidt, alleen maar vooral het onderbuikgevoel. Eén van de sprekers verwoordde het mooi. Hij vertelde dat een beurshandelaar hem zei: "Jij leeft in een droom". En hij antwoordde; "Nee, ik ben zonet ontwaakt uit die droom, maar jij droomt nog lekker verder."
De winst van deze beweging is dat het ontwaakte mensen zijn. Mensen die niet alleen wakker zijn, maar ook bereid om actie te ondernemen. Ik heb niet zoveel met die spirituelen die zich nu terugtrekken in hun ivoren toren. Die een tikkeltje hooghartig verkondigen; "Wij hebben toch altijd gezegd dat er in deze tijd een grote bewustzijns verandering zou zijn. Het gebeurt vanzelf wel, daar hoeven we niet in mee te gaan. Laten wij eenheidsdenken, en mediteren, en dan komt het allemaal goed." Ik heb niets tegen eenheidsdenken, en ook niets tegen mediteren, maar wel tegen het veroordelende stemmetje tegen mensen die nu wel bereid zijn om zich in te zetten voor een nieuwe wereld. Ik bewonder de moed van mensen die nu wel hun onzekere stem durven te laten horen, en bereid zijn om iets te doen, in plaats van aan de zijkant te blijven zitten. De Occupy-mensen zijn mensen die tot actie komen, om andere mensen te inspireren, om na te denken, om te discussiëren, en om verantwoordelijkheid te nemen.
Maar de Occupybeweging heeft nu nood aan heldere standpunten.
Om nieuwe visies op de economie te formuleren, en te kunnen omhelzen, zijn er drie basisvoorwaarden nodig. Ten eerste moeten we het weer kunnen snappen. In de media horen we nu bijna alleen traditionele denkers, die in het oude systeem blijven geloven. Zij mogen breeduit hun argumenten tentoon spreiden waarom het noodzakelijk is miljarden te blijven investeren in banken en landen, en tegelijkertijd miljarden te bezuinigen op zaken die wij zelf belangrijk vinden. Er is geen tegengeluid. Alle politieke partijen, op Wilders na, zijn hiervan overtuigd. Terwijl er natuurlijk wel alternatieven moeten zijn. We hebben mensen nodig met verstand van zaken die ons uitleggen wat de situatie is waar we nu eenmaal met zijn allen in zitten. En mensen die ons alternatieven kunnen uitleggen, die andere scenarios kunnen bedenken dan de doemscenarios. Die mensen zijn er al wel, maar we horen ze te weinig. Zo is er het geweldige idee van de Robin Hood Taks. Een voorstel om 0,05 % te heffen op iedere beleggingstransactie in de wereld. Dat mensen die speculeren met geld , verplicht worden om een minimale bijdrage aan de wereld te leveren. Hoewel, miniem. Berekeningen leren dat dit ons minimaal 90 miljard euro per jaar zou opleveren. Daar kunnen we wel iets constructiefs voor de wereld mee doen. Pijnlijk dat Nederland één van de landen is, dat dit plan dwarsboomt.
Ten tweede moet het kleiner. Er is decennia lang een lobby geweest dat we mondiaal moesten denken, dat we Europees moesten denken, en nu blijkt dat een monster te zijn dat zich tegen ons keert. Een ongrijpbaar monster dat we niet meer snappen en vatten. Bedrijven en banken zijn groter geworden dan landen. Ze zijn allemaal met elkaar vervlochten in duizenden belangen, en ons wordt angst voorspiegeld dat als er één dominosteentje omvalt, het hele bouwwerk, wijzelf incluis, omver vallen. Er zijn zelfs mensen die speculeren op het in elkaar storten van de wereldeconomie. Beleggers die speculeren op het failliet van Griekenland en zich daar schaamteloos mee verrijken. Dit willen we niet meer. We zullen dat enorme bouwwerk moeten ontmantelen tot kleine, behapbare bouwstukken, die we weer begrijpen. Waarom zouden we een Europese unie moeten zijn? Al die landen, met zo'n verschillende culturen, zijn toch net verrijkend? Laten we weer in de eerste plaats zaken doen met onze directe medemensen. Fruit, groente en vlees kopen van onze boeren. Kleinschaligheid op economisch en politiek vlak, zodat we het weer kunnen begrijpen en onmiddellijk kunnen ingrijpen wanneer het uit de hand loopt. Kleiner wil niet zeggen dat we onze ogen sluiten voor de noden van de wereld. Integendeel. We moeten weer vat krijgen op wat wij zelf kunnen doen. Hoe wij zowel voor onze directe omgeving, als voor de wereld, zorg kunnen dragen. Want dat is eenheidsdenken; verantwoordelijkheid nemen voor onszelf, voor ons dorp, en voor de wereld.
Ten derde moeten we in deze zo belangrijke tijd kunnen kiezen. De Europese bevolking was massaal tegen de Europese grondwet, maar via slinkse omwegen werd die toch geruisloos geaccepteerd. We delen massaal het onderbuikgevoel dat we geen miljarden in een noodfonds moeten stoppen, maar toch wordt zelfs de kleine moedige natie Slovakije met politiek wisselgeld overhaalt om voor te stemmen. Zelfs al snapt er niet een Slovaak waarom zij die slechts 300 euro pensioen hebben, zouden moeten betalen aan de pensioenen van Grieken die 1000 euro krijgen.
We moeten het kunnen snappen. Het moet weer kleiner. En we moeten kunnen kiezen.
De Occupybeweging heeft nu als enige slogan; "We are the 99 %", waarmee ze willen zeggen dat 1 % van de wereld zich verrijkt met de inspanningen van 99 % van de bevolking.
Ik wil niét tot de 99 % behoren. Ik wil me niet scharen in de machteloze massa en de kudde. Hoogstens wil ik tot de 20 % behoren die men de ‘kritische massa' noemt. Wanneer 15% tot 20% van een bepaalde doelgroep zich achter een nieuw idee schaart, is de "kritische massa" bereikt. Vanaf dan ontstaat er een olievlekbeweging, waarbij de grote massa de nieuwe ideeën overneemt.
Ik geloof niet dat het volstaat om uitsluitend ergens tégen te zijn. Ik geloof dat het geen zin heeft om tegen de 1 % te zijn, maar wel om vóór de 20 % te zijn die nieuwe ideeën durft te omarmen. En daarom zullen we concreet moeten worden.
De wereld is al veranderd, alleen het systeem nog niet. We hebben heel wat verworvenheden die we niet meer op willen geven. Laten we die verworvenheden inpassen in een nieuw, rechtvaardig systeem. Een systeem waarin iedereen zich kan ontplooien. Iedereen zijn steentje bijdraagt. En waarbij iedereen weer snapt hoe de wereld in elkaar zit. De Berlijnse muur is kunnen vallen al leek dat zo lang ondenkbaar te zijn. Dictators zijn verjaagd al leken ze voor eeuwig te zullen regeren. Dus waarom zou het ongebreidelde kapitalisme niet kunnen instorten? Maar laten we niet alleen maar schoppen tegen het systeem, maar vooral een nieuw systeem opbouwen. Stap voor stap. We are the 20 % that change the wordl!
Geert Kimpen, www.geertkimpen.com
Dit verhaal mag mits naamsvermelding overal gecopieerd worden.
Het is tijd voor een revolutie.
Door Geert Kimpen.
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar met verbijstering volg ik het financiële nieuws op radio, tv en in de kranten. Voor het eerst in mijn leven heb ik een soort van onderbuik gevoel over een mondiale crisis die zijn weerga niet kent. Ik ben geen doemdenker, geen Maya-adept die denkt dat er in 2012 allemaal schokkende zaken gaan gebeuren, geen complot-aanhanger. Maar het slechte nieuws dat onafgebroken over ons heen dondert, boezemt me angst in.
Dat bedrijven failliet kunnen gaan, lijkt me evident. Dat banken omver kegelen, vond ik erg schokkend maar is inmiddels eigenlijk al vertrouwd nieuws geworden. Maar dat nu ook landen op het punt staan in te storten, vind ik huiveringwekkend. Geen landen in Afrika, noch in Zuid-Amerika, nee, hier vlakbij, bondgenoten in onze Europese Unie.
Ik zie de zenuwachtigheid in de ogen van onze politieke leiders, die nog nauwelijks hun natuurlijke kalmte en zelfvertrouwen kunnen bewaren. Ik neem notitie van de vele geheime tops die plaatsvinden en waarvan niemand weet wat er precies bedisseld wordt. Ik onderga gelaten de ene afkondiging na de andere van op til staande bezuinigingen, donkere prognoses, en net als ieder ander, heb ik nog geen flauw idee welke impact al deze rampspoed op jouw of mijn leven concreet zal hebben.
Het enige dat ik wel weet, of voel, is een onbehaaglijk gevoel van ongelooflijk opgelicht te zijn. Een soort onmachtige kwaadheid van genaaid te zijn door een financieel systeem dat dol is gedraaid waarvan jij en ik niet de voordelen genoten, maar nu wel de rekening van moeten betalen.
Miljarden vliegen ons om de oren als grootheden die niemand meer kan vatten. Niemand begrijpt hoe soms in een weekend tijd, met druk overleg op geheime locaties, enkele miljarden gevonden kunnen worden om een bank overeind te houden. Hoe het mogelijk is dat we blijkbaar wel miljarden ‘ergens op een rekening' hebben staan om Griekenland te redden. Maar hoe onverbiddelijk anderzijds onze leiders beweren dat we moeten bezuinigen op alles wat voor ons mensen lief en noodzakelijk is.
Hoe kunnen we begrijpen dat er miljarden naar andere banken en landen gesluisd worden, en dat voor alles waarvoor wij dachten belastingen te betalen, ons pensioen, onze zorgkosten, ons onderwijs, steeds minder en minder geld is?
Maar het meest verbijsterd nog ben ik door ons stilzwijgen. Gelaten zitten we als konijnen in de enorme gloeilamp van onze televisie te kijken, we laten ons vermaken door de hysterische lach van Gordon, door een Joling die in een potsierlijk pakje danst over het ijs, door een programma als Spuiten en Slikken dat een 29 jarige jongen live laat ontmaagden door een escortgirl, en we houden onze mond. Alsof we gehypnotiseerd zijn. Lamgeslagen, monddood gemaakt. Versuft door brood en spelen.
Wij hebben de crisis toch niet veroorzaakt? Wij hebben toch geen misdadige financiële producten bedacht die ons deden geloven dat ze onze winst zouden verdriedubbelen, maar gebaseerd waren op lucht, en alleen enkele bankiers en aandeelhouders steenrijk maakten? Wij hebben toch geen onverantwoorde hypotheken verschaft? Wij hebben toch niet betoogd dat we perse de euro wilden? Wij hebben ons toch niet verrijkt met exuberante bonussen waarvan je meerdere dorpen een jaar lang zou kunnen onderhouden?
Maar toch ondergaan we het apathisch. We komen niet de straat op. Niet voor onszelf, noch voor onze kinderen, en al helemaal niet voor de miljoenen mensen in de Hoorn van Afrika die op dit moment sterven van honger en dorst. We gedragen ons als onmachtigen. We begrijpen in het beste geval dat we gemanipuleerd worden. Dat wij onrechtmatig rekeningen moeten betalen van zaken waar we niet om gevraagd hebben. Dat al onze inspanningen om iets van ons eigen leven te maken, ontmoedigd worden, belast, en we verpulverd worden onder deprimerend makend nieuws. We verschuilen ons in onze huizen en slikken als makke schapen dat er geen geld meer is voor de zwaksten in onze samenleving, en gaan haast geloven dat ontwikkelingshulp weggesmeten geld is. We verschuilen ons onder ons warme dekbed en hopen dat de storm wel zal overwaaien en dat de schade voor ons eigen leven wel zal meevallen.
Waarom zeggen we niet collectief "nee"? Waarom nemen we geen voorbeeld aan de volkeren in Tunesië en Egypte, die het ook niet langer pikten, en net zolang de straat opgingen, tot hun leiders met pek en veren verjaagd werden? Is het omdat we Rutte zo'n sympathiek joch vinden? Dat we denken dat zo'n gestudeerde jongen het wel beter zal weten dan ons eigen gezonde verstand?
In heel Europa is er welgeteld één dorp dat "nee" zegt. Een klein dorpje in de buurt van Rome. Filettino. De burgemeester van dit dorp, zei; "Bekijk het maar. Wij gaan niet de rekening betalen van onze corrupte leiders. Wij verklaren ons bij deze onafhankelijk. Vanaf nu zijn we ons eigen Prinsdom, en drukken we onze eigen munt." En dat hebben ze dus gedaan, enkele weken geleden.
Zo eenvoudig is het. Wij zijn vergeten dat geld gebaseerd is op geloof. Geld an sich is niets waard. Ja, vroeger nog wel, toen we een goudstandaard hadden, waarbij het geld een symbolische weergave was van de goudvoorraad. Het was een simpel en briljant geldsysteem, door niemand minder dan door het grote genie Isaac Newton bedacht. Nu is geld precies dat waard waarvan wij bereid zijn te geloven dat het waard is. Al die miljarden waar onze leiders mee goochelen, bestaan immers niet. Het is een pure virtuele werkelijkheid die geen enkele grondslag meer heeft in de werkelijke wereld. De Fed, in Amerika, drukt dollars tegen de klippen op, zonder enig gevoel voor realiteit. Of tenminste zonder gevoel voor onze realiteit. Onlangs ontdekte ik tot mijn verbijstering dat de Fed niet de centrale bank is van Amerika, maar een privé bank, die de privé belangen van zijn eigenaren dient. Naar verluidt een groepje steenrijke families die de hele wereldeconomie in handen hebben en gijzelen.
En dat kan alleen maar, zolang wij bereid zijn te geloven in de enorme leugen die geld is geworden. In werkelijkheid zijn het enkel cijfers in een computer. Cijfers die van het ene moment op het andere gewist kunnen worden. Cijfers die enkel waardeloze briefjes papier vertegenwoordigen, maar geen werkelijke waarden meer in de wereld. Een enorme luchtballon die ontzettend op knappen staat.
En de enigen die deze waanzin een halt kunnen toeroepen, zijn wij. Onze politici, onze bankiers en onze mega-ondernemingen vechten krampachtig om dit logge onbegrijpelijke vehikel in stand te houden. Deze oude manier van denken waarbij wij mensen een massale veestapel zijn die gemolken worden door een kleine elite die er alles aan gelegen is hun fortuin en macht te beschermen.
Wanneer wij eenvoudigweg besluiten dat we niet langer geloven in dit corrupte systeem, dat we de leugen doorprikken dat alleen een mondiale economie, schaalvergroting, een gemeenschappelijke munt ons verlichting zou brengen, dat wij eenvoudigweg besluiten dat we niet langer geloven in dit geldsysteem, dan stort het in elkaar. Natuurlijk zal dat een enorme puinhoop zijn. Maar de dingen die werkelijk wat waard zijn, zoals ons dagelijks brood en ons drinken, die zullen weer naar waarde gewaardeerd worden, en niet de schimmige manipulaties van snelle jongens in vlotte pakken die ons met verdeel en heers denken in het gareel houden.
Het wordt tijd dat we net zoals dat kleine dorpje in Italië, durven onze onafhankelijkheid af te roepen. Dat we ons eigen prinsdom stichten. Een nieuwe munt durven te omarmen, gebaseerd op werkelijke waarde, en we de kettingen van de rente afgooien en verbieden. Want dat rente een virtueel monster is dat alleen maar groter en verschrikkelijker wordt, dat moeten we op zijn minst nu toch wel geleerd hebben.
We moeten de moed hebben om opnieuw te beginnen. De moed hebben om in te zien dat we belazerd worden. En dat het geen excuus is dat we het zogenaamd niet meer snappen, omdat men het bewust allemaal zo ingewikkeld en complex voorstelt. In wezen is het natuurlijk ongelooflijk simpel. Ieder kind snapt het. Als het 1 euro zakgeld krijgt, kan het wel een snoepje kopen, maar niet een fiets. Zo simpel is het.
Laten wij, die toch koketteren dat we met bewustzijn bezig zijn, eens voor een keer niet alleen met onze eigen navel bezig zijn, maar met deze wereld, zodat zowel onze kinderen, als al die kinderen in landen die nu hongerend ten onder gaan, een toekomst hebben, en niet de schuld zullen moeten afbetalen die wij onze leiders nu zonder enig protest laten maken.
Laten we massaal de straat op gaan. Dag na dag na dag. Net zoals in het Midden Oosten. Net zolang tot het gezonde verstand weer regeert. Laat ons excuus naar komende generaties niet zijn: "Wir haben es nicht gewust". Want we staan er nu allemaal bij, en we kijken er naar. We worden geregeerd door angst. Maar angst is slechts voor één ding bang... dat wij niet langer bang voor hem zullen zijn.
Geert Kimpen, www.geertkimpen.com
Deze tekst mag mits naamsvermelding overal gecopieerd worden.